Site-archief

De nieuwe aanpak workshop Informatievaardigheden voor 1ejaars Hotelschoolstudenten

Dag Marcel,

Zoals jij in het blog over kids advergaming al meldde: de maatschappelijke impact van media is groot, aandacht voor mediawijsheid is belangrijk. Daarom is het goed dat voor de 3e keer de Week van de Mediawijsheid is. Dit gastblog van onze collega Annerie Claus van Zuyd Bibliotheek past goed in deze themaweek.
Dank je wel Annerie voor deze bijdrage met als titel: (The) Times (They) Are (A-)Changin’(g) 🙂

 

GASTBLOGGER ANNERIE CLAUS

Hallo Judith en Marcel,

In jouw blog, Judith, over Brein meets social media, vertelde je dat aangetoond was dat je bij leerprocessen niet moet uitgaan van wat je niet kan, dat is te negatief, maar een positieve benadering moet kiezen. Dat was de aanleiding om onze workshop Informatievaardigheden eens tegen het licht te houden en uiteindelijk te updaten. Ook jouw inbreng, Marcel – de elevator pitch *) – is van grote waarde gebleken. Toen ik gevraagd werd om een gastblog over onze vernieuwde workshop te schrijven, heb ik meteen ja gezegd.

*) Een elevator pitch een soort “liftpraatje”. Iemand is dan in staat om zichzelf, zijn of haar bedrijf,  in circa 30 seconden kort en krachtig neer te zetten, op een manier die smaakt naar meer.

Eerst een stukje historie – Toets Informatieproblemen Oplossen
In November 2006 verscheen in ons vakblad de Informatie Professional het artikel ‘In drie uur bewust onbekwaam’. Dit was een project van de Digitale Universiteit (DU), met als uitgangspunt dat informatievaardigheid begint bij het besef dat je in het gebruik van informatiebronnen tekortschiet. Om te leren is het noodzakelijk dat je bewust onbekwaam bent: je weet dat ie iets niet kunt. Je wilt er iets aan doen. Dit idee werd in ons vak enthousiast ontvangen. Ik zie ons nog staan, Judith, op één van de eerste Get Together’s (G2G), toendertijd op de Open Universiteit. Daar probeerden wij die theorie uit op docenten en met groot succes mag ik wel zeggen 🙂 .

De DU had ook een Toets Informatieproblemen Oplossen ontwikkeld en onze toenmalige collega Leen Liefsoens, had deze aangepast en geschikt gemaakt voor gebruik in onze workshops en lessen Informatievaardigheden voor studenten. Wij (Judith en ik) hebben deze toets als start gebruikt binnen de workshop Informatievaardigheden die we ontwikkelden voor 1e jaars hotelschoolstudenten die een landenrapportage moesten maken en daarvoor desk research moesten doen. De workshop duurde 1,5 uur en was in drie delen opgebouwd:

  • de Toets (30 min.)
  • uitleg van deskresearch en gebruik databanken (30 min.)
  • in groepjes start maken met desk research met gebruikmaking van de behandelde bronnen (30 min.)

Deze opzet werkte prima en heeft zeker zijn waarde bewezen. Ik ben er zelfs zeker van dat het nog steeds bruikbaar is, maar volgens de laatste brein-inzichten niet meer van deze tijd.

Zoals Bob Dylan al zei in 1964: The Times They Are A-Changin’ en Jill en ik voelden dat de boel weer eens opgeschud moest worden.

En nu het heden – Shakespeak
Een berichtje van Frans Roovers op Yammer (zie topic Shakespeak) over het gebruik van online stemmen in de klas m.b.v. Shakespeak, triggerde Jill om dat eens wat verder uit te zoeken. Zij zag al snel mogelijkheden en maakte mij ook enthousiast. Zuyd bleek in de persoon van Chris Kockelkoren Mr. Shakespeak himself in huis te hebben en hij bood ons alle hulp.

Shakespeak is een plugin voor Powerpoint. Na installatie verschijnt er een extra tabje dat Shakespeak heet. Wil je het in je les gebruiken en moeten meer dan 20 studenten stemmen, dan heb je credits nodig om het te laten werken. Dit komt neer op ongeveer 9 cent per student. Uiteraard heb je ook een account nodig om een betaalde sessie te kunnen starten

Jill heeft de Toets Informatieproblemen Oplossen aangepast en omgebouwd naar een Shakespeak omgeving. Maar ja, dat was maar één deel van de workshop. Nu moest de rest ook aangepast worden. Gelukkig waren de I-adviseurs Marcel Schmitz en Jack Pleumeekers On Tour en legden ze op 30 oktober aan in de bibliotheek van de Hotelschool. Na een kleine brainstorm met z’n vieren liet Marcel zich het woord Elevator Pitch ontvallen.

We wisten het meteen: dat was het. Het verder aanpassen van de workshop verliep vlotjes. De opdracht die de studenten moeten maken is nog steeds dezelfde (landenrapportage) en ook de tijd die we voor de workshop hebben is nog steeds 1,5 uur. De workshop is nu als volgt opgebouwd:

  • Aangepaste vragen uit de oude toets in een PowerPoint met Shakspeak: studenten stemmen met hun smartphone, tablet of laptop via internet of via sms (internet heeft de voorkeur, je krijgt de antwoorden dan op je scherm). Als iedereen gestemd heeft laten we de resultaten zien. Dit levert vaak meteen al commentaar op, komt dat niet vanzelf dan vragen we wie welk antwoord heeft gegeven en waarom. Studenten gaan met elkaar in discussie en wij fungeren dan als coach. Zo kunnen wij zeker ons verhaal kwijt en dat op een heel interactieve manier. (ca.20-30 min.)
  • Onderzoek van bronnen in groepen. Iedere groep krijgt 1 of 2 databanken of websites die ze moeten onderzoeken en pitchen. Per databank hebben we een formulier met deelvragen gemaakt, aan de ene kant staan de vragen en aan de andere kant een volzin. Ze moeten de deelvragen beantwoorden en daarmee de zin op de achterkant aanvullen. Tenslotte staat er een korte zoekopdracht in, deze moeten ze uitvoeren. We lopen rond als zij de bronnen onderzoeken, zo kunnen we wat bijsturen en kunnen studenten vragen stellen. (Ca. 20-25 min.)
  • Elevator pitch voor de klas: de pitch-zin voorlezen (pitchen). De zoekopdracht demonstreren na de pitch als ondersteuning en bevestiging van die pitch. Tijdens het pitchen coachen wij, of stellen “lastige” vragen als we merken dat ze er niet helemaal uitgekomen zijn. (Ca. 30 min.)

De meeste studenten willen graag met hun eigen groep samen (de landenrapportage is een groepsopdracht) samenwerken. Wij wijzen ze erop dat ze beter kunnen verdelen, want zo leren de groepsleden elk een andere databank kennen, en die kennis kunnen ze daarna weer delen.
Wij en ook de studenten, zo bleek uit de reacties achteraf, zijn heel tevreden over deze nieuwe vorm. Studenten voelen zich betrokken door het stemmen en door het onderzoek voorafgaand aan het pitchen raken ze hun koudwatervrees voor het gebruiken van databanken kwijt.

En de toekomst? – die brengt vast weer wat anders…
Want 46 jaar na Dylan zingt DI-RECT nog steeds Times Are Changing, weliswaar een ander liedje, maar de boodschap blijft min of meer hetzelfde: zonder verandering geen vooruitgang.

Groet, ook namens Jill,

Annerie

Zie ook de blogs van Chris Kockelkoren: 21 edingen, mag het eentje meer zijn ..? en ikgebruikshakespeak

ICTO-adviseur + Informatie professional = Informatie-adviseur? Op zoek naar de i van Zuyd…

Hallo Marcel,

Jij hebt ook een uitnodiging gehad van onze teamleider Chris Kuijpers om samen met hem van gedachten te wisselen over (aspecten van) de informatiefunctie van Zuyd. Hij is door het CvB gevraagd om een advies te geven over de wijze waarop we de informatiefunctie van de hogeschool kunnen verbeteren. In zijn uitnodiging stond:

De informatiefunctie is kort gezegd de wijze waarop ICT wordt aangewend om meerwaarde te hebben voor het primaire proces. De inrichting van deze informatiefunctie betreft zaken als: de wijze waarop tot besluitvorming over projecten wordt gekomen, de kanalisering van de bijbehorende financiële stromen, de manier waarop eigenaarschap vanuit primaire proces is geborgd, de plek waar de coördinatie/regie over het geheel is belegd, de wijze waarop ondersteuning is georganiseerd.

En hoewel specifieke voorbereiding niet nodig is, doe ik dat natuurlijk wel. 🙂
Ik heb de laatste tijd al zoveel nagedacht en geblogd over deze roerige tijden binnen Zuyd.
Binnen bibliotheekwereld is de laatste maand veel gezegd en geschreven over de toekomst van het beroep. Mijn vakblad InformatieProfessional heeft in het jubileumnummer van april 2012 een artikel gewijd aan het congres van de Koninklijke Bibliotheek ‘De bibliotheek in 2025‘ en diverse collega’s kijken in ‘En wat verwachten we van de komende 15 jaar’ vooruit naar mijn vak in 2027 (iew, dan ben ik misschien al met pensioen). Samen met mijn collega’s van Zuyd Bibliotheek heb ik op 22 maart gediscussieerd over de stellingen: ‘De bibliothecaris heet in 2020 informatieadviseur en is in dienst bij een kenniscentrum’ en ‘Voor het runnen van de fysieke bibliotheek is een bibliothecaris niet meer nodig’. Daarnaast ben ik een paar weken geleden naar de Meet-the-Expert bijeenkomst geweest over de toekomst over hoger onderwijs en bibliotheek.
En onlangs zag ik via een tweet van Guus van den Brekel deze presentatie:

Genoeg input dus! Wat betekent dit nu voor Zuyd, de informatiefunctie, de bibliotheek en voor ons als ICTO-adviseurs? Ik kan geen toekomst voorspellen, het is zoals Mark Randall (Adobe) zegt: “the best way to predict the future is to invent it” (bron: Frankwatching) en daarbij hoort falen en weer opnieuw beginnen.

Ik weet niet wat Chris met mij wilt bespreken. Hij heeft ons al een beetje bijgepraat over zijn 1e ideeën rondom structuren en procedures. We hebben inmiddels met het CvB gesproken over onze positionering. Eén van de conclusies van de interimmanager was dat wij geen structurele bijdrage leveren aan de organisatie (los van incidentele successen), we worden te toevallig gevonden. Daarom moet het anders. Ja, Marcel, ik weet wel dat organisatie en financiën belangrijke randvoorwaarden zijn, maar mijn kracht ligt daar niet :). Ik wacht niet tot ik gevonden wordt. Ik ga wel op zoek naar die medewerker, student die net als ik open en transparant wil werken in onze veranderende samenleving. De kracht van crowdsouring, daar geloof ik in.De kennis klotst over de plinten“, zoals Menno Lanting dat zegt.

Ik ben wel blij dat er nu aandacht is voor de informatiefunctie binnen Zuyd. Want ‘Information Technologie is a game changer’, zo is te lezen in dit Educause eBook (gratis te downloaden).
Mocht ik morgen nu wat vergeten te zeggen tegen Chris, dan kan hij dit blog altijd nog nalezen 🙂
Wordt dit mijn nieuwe werkelijkheid? Onze nieuwe werkelijkheid waar leren en engageren centraal staan?

De nieuwe organisatie

Ik denk dat de informatiefunctie van Zuyd het best gewaarborgd is binnen 1 Informatiedienst, een samenwerking tussen ICT-afdeling, Information Governance, Bibliotheek, AudioVisuele Dienst en ICTO-adviseurs. Ik zou zeggen: stap over alle organisatiehobbels heen en geef de dienst (of unit) minstens een jaar of 5 de (organisatorische) rust om zich goed te positioneren. Ik zie de functies van bibliothecarissen (informatieprofessionals), ICTO-adviseurs en Multimedia specialisten (AV-dienst) steeds meer naar elkaar toegroeien. Omdat wij allen afhankelijk zijn van ICT, lijkt het me voor de hand liggend om bruggen te bouwen zodat deze ‘eilandjes’ samenwerken in 1 iDienst.
Ik heb al eens eerder geblogd over de veranderende rol van de ICT-afdeling naar aanleiding van een artikel uit Educause Review ‘You 3.0: The most important Evolving Technology’.
De ontwikkeling van ‘techniek centraal’ naar ‘gebruikers centraal’ en de snelle ontwikkeling in cloudservices op de consumentenmarkt eist veel van de IT-afdeling. Zij die verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van systemen (identity management, wettelijke bescherming privacy, backup bedrijfskritische informatie, het moet altijd werken) worden ook geconfronteerd met de open (innovatie) ontwikkkeling. Wij als gebruiker willen samenwerken in dezelfde data vanaf verschillende locaties en met diverse applicaties. De conclusie van het artikel: “Those who work in traditional IT fields need to further develop their verbal and written communication skills, and relationship-building skills. Students, faculty, and staff outside of technology need to gain a solid understanding of how technology works and of related IT issues”
“The focus will be on the relationship between the evolving technology and the user-that is, on You 3.0″
ICT is zo in ons leven verweven en we verwachten er van alles van, ook in ons werkomgeving. De verwachtingen van de gebruiker t.a.v. support en ondersteuning stijgt, dat ervaren wij ook dagelijks.

De nieuwe servicedesk

21st Century skills, zoals: communicatie, samenwerking, ICT-geletterdheid, probleemoplossend vermogen, creativiteit, kritisch denken en sociaal-cultureel bewustzijn worden door diverse onderzoeken als de competenties van de toekomst gezien. Trainingen om de deskundigheid van medewerkers en studenten op het gebied van informatievaardigheden, persoonlijke informatiemanagement, digitale didactiek, web 2.0 tools te bevorderen, worden door Zuyd Bibliotheek en ICTO-adviseurs al aangbeboden. De komende jaren zal door een uitgebreider scholingsaanbod hier nog meer aandacht aangeschonken worden. Dat er veel meer geïnvesteerd moet worden in skilled servicedesks en trainingen op het gebied ict- en informatievaardigheden, heeft het Ctrl Alt Delete -rapport wetenschappelijk aangetoond. Inbedding van deze vaardigheden in het dagelijks werk en leren, zal een belangrijk doel zijn voor de medewerkers van de iDienst om dit samen met opleidingen te bewerkstellingen.

De nieuwe medewerker

De i van iDienst staat niet alleen voor informatie, ICT en ICTO  maar ook voor inspiratie en innovatie. Innovatie staat niet alleen voor technologische innovatie maar ook voor sociale innovatie. De medewerkers van de iDienst zijn OPEN: ze zijn op de hoogte van wat er speelt en houden elkaar op de hoogte. Ze zijn gelijkwaardige gesprekspartners en kijken verder dan wat voor de hand ligt. Ze staan open voor de visie van een ander en kijken daarbij altijd over de grenzen van het eigen vakgebied heen. Ze geven elkaar feedback in een informele cultuur en reflecteren om zo te durven leren met elkaar en van elkaar. (De belangrijkste merkwaarde van Zuyd).
Uiteraard werken de medewerkers volgens HNW-principe. Dit zal voor sommige een cultuuromslag zijn, maar hierdoor zal de dienst uit gemotiveerde medewerkers bestaan die vanuit een samenwerkende manier van werken met eigen verantwoordelijkheid en in vertrouwen een grotere waarde voor Zuyd zijn. PRET wordt het motto: Positief, Respect, Enthousiasme, Teamwork.
Uiteraard zoeken we nadrukkelijk de samenwerking met het onderwijs. Bibliothecarissen, Multimedia-specialisten, ICTO-adviseurs zijn/worden de informatie-adviseurs voor de opleiding en zij werken als personal I-coach voor studenten en medewerkers.

En we laten ons ‘smoel’ zien!
Alles persoonlijker is de boodschap. Zuyd Bibliotheek werkt aan een nieuwe website (meer in de nieuwe look and feel van Zuyd), de blogpost krijgen dan ook een persoonlijker tintje (zoals Saxion Bibliotheek dat al doet). Bibliothecarissen en ICTO-adviseurs hebben inmiddels allemaal een gravatar aangemaakt, maar zo’n teampagina is toch ook helemaal geweldig, mooi vormgegeven en persoonlijk. (bron: Frankwatching).

Het nieuwe kennismanagement

Kennis = de som van Informatie maal (Ervaring * Vaardigheden *Attitude), een formule van Mathieu Weggeman.
Als iDienst willen we de meest optimale omgeving creëren voor het activeren van kennis. De taak van de iDienst is om aan tonen dat nieuwe technologie en sociale netwerken goed ingezet kan worden om samenwerken te bevorderen. Wij moeten blijven inzetten op bewustwordingsprocessen en kennis delen over de toepassingsmogelijkheden. Echter iedereen in de organisatie heeft een eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot het managen van zijn eigen kennis. Niet alle informatie kan tegenwoordig meer centraal worden beheerst en gecontroleerd. We geven natuurlijk wel het goede voorbeeld door open en transparant te delen. Ons adagium wordt: ‘durf te delen’.

Voor de bibliotheek betekent dit ook: van collectie naar connectie. Ik zie een netwerkende ‘roving’ bibliothecaris die met tablet rondzwerfd, ook in de inspirerende ontmoetingsruimtes die dicht bij het onderwijs gesitueerd zijn. De informatie-adviseur als (kritische) wegwijzers in informatiedoolhof voor studenten en docenten.

Via Mijns Inziens

Aan het eind van de brainstormsessie ‘Zuyd Bibliotheek in 2020’ werd per gezichtspunt een speerpunt voor beleid gekozen waarop de komende tijd de focus zal komen te liggen:

  • Klanten: Meer beeld, minder tekst : aanbieden van informatie in de vorm van apps, games etc.
  • Personeel: Kerntaak:  begeleiding en ondersteuning bij onderwijs en onderzoek. Zowel als ‘embedded librarian’ die samen met het onderwijs informatievaardigheden aanbiedt dat goed aansluit bij de lesstof. En als bibliothecaris die als vraagbaak aanwezig is in de fysieke bibliotheek en op de virtuele netwerken (24/7?)
  • Gebouw: Creëren van een learning-meetingplace: Discover – Connect – Get Inspired! echter vanuit de waarde ‘Van Tumult naar Rust’, want de student van tegenwoordig heeft soms ook behoefte aan een ‘prikkelarme’ omgeving.

Ik zag onderstaande afbeeldingen in het artikel ‘Disrupting ourselves: the problem of learning in Higher Education‘ in het maart/april nummer van Educause Review. Dat nu weer een bibliothecaris het idee van een team-based model van samenwerken bedenkt 🙂

The team-based model asks not only how all of these instructional experts might collaborate with faculty on a new design but also how some of them (e.g., embedded librarians) might play a role in the delivery of the course so that not all of the burden of the expanded instructional model falls on the instructor.

Pff. Het blog is weer veel te lang geworden. Ik had het even nodig om al mijn gedachten te structuren rondom de eventueel te vormen iDienst. Ik kan nog veel meer vertellen, bv. over de voorwaardenscheppende en kennisdelende houding van het management. Een ander keertje dan maar, ik laat het hier even bij.

Je kent de vis filosofie wel hè. Het gedachtengoed steunt op 4 peilers:

  1. Kies je houding: ben je vrolijk, sjagerijnig, open of geïrriteerd. Je hebt altijd een keuze en als je dat samen doet kun je elkaar helpen bij minder makkelijke dagen en momenten.
  2. Blijf spelen, ook al ben je allang volwassen: als je samen plezier hebt, word je creatiever. Doe de dingen eens anders. Verras je collega’s, je studenten 🙂
  3. Bedenk waar je studenten, je klanten, je collega’s blij van worden en maak ze blij!
  4. Wees er met je aandacht en gedachten helemaal bij: heb oprechte aandacht voor je gesprekspartner.

Op zoek naar de i van Zuyd …. hier draait het toch om? “make a difference for people” (hoe ‘incidenteel’ dan ook) en “You have to have fun at work”. 

Tot morgen.
Judith

Andere blogs van mij over de toekomst van de bibliotheek:

Hij doet het niet …. Ctrl Alt Delete

Goh Marcel, wat leuk dat we hulp uit onverwachte hoek krijgen van jouw studiegenoot: Alexander van Deursen.

Zijn onderzoek Ctrl Alt Delete : Productiviteitsverlies door ICT‐problemen en ontoereikende digitale vaardigheden op het werk kreeg nogal wat media aandacht. Tja, als er bedragen als 19 miljard euro mee gemoeid zijn en aantallen als 8% productieverlies (zo weinig maar?) worden gepresenteerd, dan stort ‘jan-en-alleman’ er bovenop. Die aantallen vind ik niet zo interessant (hoeveel geld zullen werkgevers verdienen door Het Nieuwe Werken?)  ik vind meer de bevestiging (door wetenschappelijk onderzoek en dan is het waar ;)) wat wij al jaren weten: dat er veel meer geïnvesteerd moet worden in skilled servicedesks en trainingen op het gebied ict- en informatievaardigheden. Een leuke bijkomstigheid is dat het onderzoek ook bevestigt wat Jack in zijn essay Help! De stroom valt uit : het belang van digital media literacy voor werken en leren heeft verwoord.

19 Mld. productiviteitsverlies door gebrekkige digitale vaardigheden from Lindblom on Vimeo.

Video 13-3-2012 toegevoegd

Ik heb het Ctrl Alt Delete rapport globaal gelezen. Tot mijn verrassing zag ik dat onze Zuyd-collega Frans Jacobs in de begeleidingsgroep zat die betrokken was bij de totstandkoming, uitvoering en rapportage van het onderzoek. 🙂

foto van Imageland-kaart

Conclusies van het onderzoek onder ruim 2.000 respondenten, bij benadering representatief voor de Nederlandse beroepsbevolking die op een werkdag twee uur of meer gebruik maken van een computer voor het werk:

  1. ICT zorgt voor 4,0% productiviteitsverlies per medewerker per dag
  2. Elkaar helpen meest efficiënte oplossingsmethode
  3. Helpdesk kost het meeste tijd (en de stap naar de helpdesk is groot)
  4. Hoe lager opleiding en functie hoe meer ICT‐problemen de medewerker heeft
  5. Internetvaardigheden grootste zorgenkind
  6. Jonge werknemers verliezen de meeste tijd door gebrek aan internetvaardigheden
  7. Ook directie en hoger management verliezen 5 minuten per dag door gebrekkige internetvaardigheden
  8. Man/vrouw stereotypen gaan niet op
  9. Gebrek aan e‐mail vaardigheden lijkt te worden onderschat
  10. Hulp van collega’s belangrijke bron
  11. Werknemers overschatten hun digitale vaardigheden
  12. Gebruik smartphones en tablets vooral bij hoog opgeleide jonge mannen in hoge(re) managementfuncties
  13. Weinig gebruik smartphones en tablets leidt tot gebrek aan vaardigheden
  14. Organisaties zijn hoogstens volgend in de ontwikkeling van de ICT‐vaardigheden van hun werknemers
  15. Effect van ICT training is groot (maar wordt zwaar onderschat)
  16. Helpdeskvragen zijn van technische aard maar worden veroorzaakt door gebrek aan digitale vaardigheden

De aanbevelingen had jij al genoemd. Voor Zuyd vind ik het belangrijk dat de digitale vaardigheden getoetst en gemonitord gaan worden; dat er een ruim scholingsaanbod is; dat medewerkers tijd krijgen om zich deze competenties eigen te maken; en dat de plannen rondom skilled servicedesks sterker ingezet gezet gaan worden.
Ik wil onze servicedesks zeker niet vergelijken met deze van IT-crowd, maar vond deze video te leuk om ‘m niet te delen 😉

Uiteraard heb ik ook het proefschrift Internet Skills – vital assets in an information society van Alexander van Deursen even digitaal opengeslagen en de Nederlandse samenvatting gelezen 😉 Ook dit bevestigt wat ik al wist maar hiermee wetenschappelijk onderbouwd: mensen overschatten hun internetvaardigheden.
Alexander heeft het in zijn dissertatie over de sociale ongelijkheid die ontstaat door de digitale kloof. ‘Vroeger’ was de digitale kloof tussen de ‘haves’ en ‘have-nots’ van een computer. Deze kloof  is door allerlei stimuleringsmaatregelen (ik heb mijn eerst computer en daarna internetaansluiting ook aangeschaft met financiering van de hogeschool) gedicht. Maar de digitale kloof wordt nu meer veroorzaakt door het gebrek aan internet en stategische vaardigheden. Dat heeft Van Deursen onderzocht door proefpersonen 3 jaar vraagstukken rondom internetvaardigheden voor te leggen.
Er zijn nogal wat verschillende interpretaties over de definitie van internetvaardigheden. Alexander heeft een mooi overzicht van deze defintie. Met zo’n lijstje zouden we competentie van de collega’s wel in kaart kunnen brengen. Hij onderscheidt 4 typen vaardigheden: operationele, formele, strategische en informatievaardigheden.
In de prestatiemetingen die Van Deursen in 2007-2008-2009 heeft verricht, bleek dat de vraagstukken rondom informatie- en strategische vaardigheden elke jaar door de een groot deel van de proefpersonen niet succesvol werd afgerond.

Hij stelt 2 strategieën voor om de internetvaardigheden te verbeteren:

  • Verbeteren van de toegankelijkheid van websites (en apps denk ik)
    Interessant, ook voor jouw i/ti studenten. In dit verband is het ook goed dat Zuyd Bibliotheek momenteel onderzoekt welke federatieve zoekmachine of discovery tool geschikt is voor onze studenten en medewerkers. Met zo’n tool kan men met één zoekopdracht verschillende bronnen, databanken en catalogi raadplegen.
  • Maar uiteraard ook verbeteren van internetvaardigheden door informatievaardigheden in te bedden in het onderwijs (i love him) en meer trainingen aan te bieden binnen bedrijven maar ook in buurtcentra en openbare bibliotheken.
    Het inbedden van informatievaardigheden in ieder curriculum van Zuyd is waar de collega’s van Zuyd Bibliotheek hard voor werken.

Enkele weken geleden amuseerden mijn kinderen zich met een oud tv-moment (aanleiding weet ik niet meer). Ik vond het zo’n leuk fragment, “dat kan ik misschien nog wel eens kon gebruiken in een blogpost”, zei ik hen toen, niet wetende dat dit zo snel van pas zou kunnen komen. 🙂 Geniet van dit liedje (Annie M.G. Schmidt) uit de kinderserie Otje. Pas op, ’t deuntje blijft in je hoofd zitten 🙂

Groet,
Judith

Wat doen studenten nu echt in de bibliotheek? Studeren! én appeltaart met slagroom eten …

Dag Marcel,

Leen Liefsoens heeft samen met studiegenoten van haar master Culturel Informatiewetenschap een onderzoek gedaan o.l.v. John MacKenzie Owen, je weet wel van de overbodige bibliotheek. Een verslag van het onderzoek staat in Informatie Professional december 2011.

Het onderzoek was gericht op het in kaart brengen van de feitelijke activiteiten van studenten in een bibliotheek op een bepaald moment zodat kan worden vastgesteld waarvoor studenten de bibliotheek, los van verwachtingen en associaties, daadwerkelijk gebruiken.

Het onderzoek vond plaats in 7 universiteits-en hbo-bibliotheken.
Ja hoor, ruim 96% komt voor de studie. Deze studenten zijn ook trouwe bezoekers van de bibliotheek, ze komer meer dan 1x per week en voornamelijk om rustig te studeren. Hulp van bibliotheekpersoneel wordt nauwelijks ingeroepen. Dat lokte Bibliofuture uit tot de blogpost ‘U is niet meer nodig, dag’ en Eric Sieverts tot zijn bijdrage is het half-volle of half-lege glas’. Toch weinig reactie uit bibliotheekwereld op deze ontnuchterende conclusie. Of zijn we inmiddels wel gewend dat ons werk niet serieus genomen wordt?
De studenten zien de bibliotheek vooral als werkplek en de bibliothecaris als een faciliteit, bibliotheekvoorziening, zo is de conclusie van het onderzoek. Zie hier het complete onderzoek. Ik zou het ook interessant vinden waarom studenten niet naar de bibliotheek komen, misschien iets voor een vervolgonderzoek?

Bibliotheek, de ruimte
Al heel wat jaren worstelt Zuyd Bibliotheek met de ruimte. Het gebrek aan ruimte welteverstaan, om de diversiteit aan functionaliteiten te kunnen aanbieden. Bibliotheek wil een rustpunt zijn voor degene die daar behoefte aan hebben. Maar ook een ontmoetingsruimte compleet met loungeplekken. Maar ook een X-lab om te experimenteren. We willen dat studenten zich thuis voelen, daar hoort dan toch ook een kopje koffie of het flesje water? Dan mogen ze toch ook hun tas met eigen spulletjes meenemen? Maar slaat die gastvrijheid niet door als een appeltaart met slagroom aangesneden wordt of als mandarijnen schillen, chipszakjes en lolliestokjes tussen de computers gevonden worden? Bibliotheekpersoneel wordt gebombadeerd tot politieagent (als je regels wilt handhaven) of poetshulp (als je teugels laten vieren).
De waarde van Zuyd bibliotheek ‘Van tumult naar rust‘ is een goed uitgangspunt, maar met de beperkte ruimte is het lastig uitvoerbaar. Is het een optie om de studieruimte, de ontmoetingsruimte op te splitsen? Is het nodig dat een bibliothecaris in zo’n ruimte aanwezig is?
In oktober/november hebben enkele studenten van de Hotelschool een gastvrijheidsonderzoek verricht onder studenten en medewerkers van Zuyd in het kader van gastvrijheid. Ik ben erg benieuwd naar deze uitslag.

@aLibrarian’sWorthAroundTheWorld 

Bibliothecaris, de informatieprofessional
De bibliothecaris is blijkbaar nog steeds synoniem aan bibliotheek? Uitleencijfers en bezoekersaantallen bepalen nog steeds de hoogte van de budgetten. Aangezien deze cijfers terug (zullen blijven) lopen, zal het in deze tijden van bezuiniging steeds moeilijker worden voor de bibliotheek. De bibliothecaris zal zich moeten losweken van de ruimte. Hiermee wil ik niet zeggen dat de bibliotheek opgedoekt moet worden. Zeker niet. Op elke locatie van Zuyd moet er een bibliotheek volgens de waarde ‘van tumult naar rust’ voor studenten en medewerkers beschikbaar zijn. Voor ontmoeting en samenwerking, reflectie en contemplatie, serendipity en inspiratie, creativiteit en informatie.
De informatieprofessional zal meer onderdeel van het onderwijs moeten worden, van faciliteit naar docent.

Wat is de bibliothecaris waard? Dit is mooi visueel vormgeveven via deze infographic.

@aLibrarian’sWorthAroundTheWorld 

Volgens bovenstaand plaatje is de bibliothecaris vooral aan het mailen :S. Ik zie er geen boekje ‘information literacy’  tussen staan, of zoek ik niet goed? 😉

Wat is de bibliothecaris voor Zuyd waard? Ik hoop heel veel!
Groet,
Judith

Gerelateerde blogposts:

Gastblog over Media & Learning Brussels 2011

Goedemiddag Marcel,

Die Pieter Dekkers, medewerker multimedia van onze AVDienst, is toch eengrapjas hè? Vroeg hij me gisteren via Yammer waar hij zijn verslag van Media & Learning conference (Brussel , 24 en 25 november 2011) kon posten. Zei ik natuurlijk: gastblog bij ons! Krijg ik (en nog enkele collega’s) een leuk verslag in Word met de opmerking: “Judith past dit format ergens in een van jullie ‘kanalen’?” Haha. Natuurlijk Pieter, doen we even.

Pieter heeft zijn aantekening vertaald uit het Engels. Sommige uitspraken waren zo kernachtig dat hij ze onvertaald heeft opgenomen in dit verslag. Pieter blogt…..

Ik heb de Media & Learning conferentie bezocht vanuit mijn perspectief als (multi-media) programmamaker en was vooral benieuwd naar eindproducten en de opdrachten/probleemstellingen die hieraan vooraf gaan. Eerder bezocht ik de DIVERSE conference en maakte daar kennis met de MEDEA awards. Jaarlijks worden er prijzen uitgereikt om het gebruik van media in het onderwijs te stimuleren. Tijdens DIVERSE werd er eigenlijk weinig vertoond vandaar dat ik erg benieuwd was naar de presentaties van de nominaties.
Naast de presentaties van video’s, spellen, tools waren er ook een aantal interessante sprekers. De conference live stream komt later deze maand weer beschikbaar en deze sessies kunnen dan opnieuw worden bekeken. Het publiek bestond uit docenten, leraren, professoren, producers en researchers uit de hele wereld. Goed om te zien dat mensen uit b.v. Tanzania, Indonesië en de Palestijnse bezette gebieden speciaal naar hier komen om trainingen te volgen over het gebruik van media in de klas.

Ik denk dat de boodschap van de conferentie hetzelfde is als die ik heb meegekregen van DIVERSE:
De rol van media in het onderwijs zal steeds prominenter worden. Media Literacy ofwel mediawijsheid voor zowel docenten als studenten is van groot belang. Scholen moeten hun beleid hierop aanpassen.

In de keynote van Constantijn van Oranje (Member of Cabinet to Commissioner Neelie Kroes, Vice-President of the European Commission and Commissioner in charge of the Digital Agenda) benadrukte hij dat de kloof tussen diegenen met digitale vaardigheden en die het niet hebben groot is en steeds groter zal worden. Het opleiden van docenten op dit gebied van cruciaal belang. Onderwijsinstellingen moeten beleid ontwikkelen op dit gebied! Er is volgens hem, algemeen gesproken een “lack of vision of digital competence”.
Dat onze kinderen en leerlingen mediawijs zijn is een mythe: ze kunnen van alles en zijn razend snel met media en computers maar ze hebben hoe dan ook training nodig om de middelen op de juiste manier te gebruiken.
Scholen roepen vaak dat er geen geld is om de juiste middelen aan te schaffen maar meestal is er (dus) geen visie. Eerst beleid en dan pas denken aan geld. Er zijn voldoende middelen om dit soort dingen te financieren bijvoorbeeld vanuit Europa of (privé) financiering/sponsoring vanuit de gemeenschap. (Voorbeeld basisschool in achterstandswijk in Ashton waar hypermoderne leermiddelen zijn aangeschaft met geld uit de gemeenschap. Er is zelfs een systeem geïnstalleerd waar het internet van de school is doorgetrokken naar de woningen van de kinderen zodat ook de ouders en de kinderen toegang hebben tot de digitale snelweg.)
Daarbij zal de overheid moeten denken om zaken als Life Long Learning te financieren, bijvoorbeeld door opleidingen en trainingen aftrekbaar te maken van de belasting.

De tweede lezing was van Peter Adriaenssens (Professor Child and Adolescent Psychiatry, Catholic University of Leuven, Belgium) en ging over Media en Creativity vanuit het perspectief van een hersenspecialist. Een interessant weetje dat eigenlijk maar pas ontdekt is, is het feit dat onze hersenen pas volledig ontwikkeld zijn rond de leeftijd van 19. Bovendien moet tussen het 14e en 18e levensjaar nog 50% van de hersenen zich ontwikkelen!! Om een brein goed te kunnen ontwikkelen is goede input natuurlijk van groot belang. De onderzoekers begrijpen steeds beter dat creativiteit een zeer belangrijke rol hierbij speelt. Creativiteit verbreedt ons vocale vermogen. Voor de ontwikkeling van ons brein is creativiteit fundamenteel en niet secundair zoals veel ouders denken. Voor het onderwijs: ook hersenstudie toont aan dat een kind het meest effectief leert wanneer de informatie wordt aangeboden in zijn eigen denk-/leerstijl.

Conor Galvin (University Lecturer and Researcher, School of Education, UCD, Ireland)
We staan voor een radicale kentering: we zullen steeds meer richting visueel onderwijs gaan. De implicaties hiervan heeft hij onderzocht door de resultaten van een aantal conferenties te bestuderen.
De belangrijkste conclusie van dit onderzoek: Leadership for media is strangely absent and under theorised!! Thinking comes from outside academies.
Deze conclusie sluit ook aan bij de keynote van Constantijn van Oranje.
Binnen de manier waarop kinderen leren past ook het opnieuw bekijken van de omgeving waarin ze leren. Een goed voorbeeld is de open learning space van de University of warwick.

Nog enkele links en aanbevolen boeken die ik heb opgetekend in deze sessie:

  • Cloudworks –  samenwerkingstool, ‘beter dan Moogle’
  • eTwinning – digitaal samenwerken tussen kinderen in Europa
  •  Howard Gardner : Five Minds for the Future (voor t juiste boek, even naar beneden scrollen)
  • Terry Freedman : The amazing 2.0 project book (free download)

Een van de problemen die docenten hebben is dat ze graag media willen inzetten in hun lessen maar dat ze geen tijd hebben om materiaal te zoeken op b.v. Youtube of SURFmedia. Daarnaast worden sommige sites door (vooral basisscholen en middelbare scholen geblokkeerd) De hoeveelheid materiaal is overweldigend maar het is moeilijk om iets geschikts eruit te pikken. Steeds meer bedrijven spelen hier op in en maken media op maat: een zo’n bedrijf is TWIG.
Ik zie ook hier een belangrijke rol voor onze bibliotheek, onderwijsassistenten en zelfs ook voor de Medewerkers Multimedia.

Een van de meest inspirerende sprekers was Nikos Theodosakis van OliveUs.  Zijn lezing is ook te zien als TEDx talk:

In Noord Amerika verlaat ruim 22 procent van de leerlingen vroegtijdig de school. Nikos Theodosakis zoekt naar manieren om het onderwijs een plek te laten zijn waar studenten in contact komen met de wereld en niet verwijderd raken van de echte wereld. De hamvraag werd ooit gesteld door zijn dochtertje die hem op een ochtend vroeg: wat heeft school te maken met de rest van mijn leven?
Met zijn bedrijf Oliveus (‘all of us’ – olijven, Griek…) is filmmaker Theodosakis begonnen met het project Director in the classroom. Het proces van filmmaken is complex en goed te koppelen aan tal van leerdoelen. De weg naar het eindproduct is daarbij het belangrijkste. (idee, planning, filmen, monteren, presenteren) De kinderen leren communiceren, beeldtaal gebruiken, problemen oplossen, kritisch denken, samenwerken, tekenen etc. etc. Daarnaast kunnen ze natuurlijk tal van onderwerpen uitdiepen via deze weg.
Dit project is uitgegroeid in een nieuw project waarbij kinderen geld inzamelen waarmee ze microkredieten verstrekken aan kleine projecten in de rest van de wereld. Ook aan dit project worden tal van leerdoelen gekoppeld. Hij werkt samen met de organisatie KIVA.

Een ander opvallend gegeven is dat er steeds meer Publieke Omroepen zijn die zich bezighouden met het vervaardigen van onderwijsmateriaal. De BBC is daar al lang mee bezig en wij kennen natuurlijk ook schooltv maar ik denk dat omroepen ook educatie zien als een groeimarkt. (Er wordt steeds minder televisie gekeken door jongeren) Pere Arcas (Head of Learning Programs, Television of Catalonia TVC, Spain) filosofeerde over het feit dat televisie niet geschikt is voor educatie van nu omdat het een lineaire structuur heeft. TVC is aan het experimenteren met non-lineaire vertelstructuren in de zoektocht naar nieuwe formats. Er is een traditioneel kinderprogramma “Draw me a story” waar op zeer creatieve manier door kunstenaars verhalen worden verteld aan kinderen. Deze filmpjes zijn nu ondergebracht op een website waar de gebruikers de mogelijkheid hebben de filmpjes te wijzigen of de materialen te combineren. (helaas sprak de man zeer gebrekkig Engels en kon ik de details niet helemaal begrijpen)

Ik heb nog een sessie gevolgd bij voormalig BBC producer Paul Ashton die zich na zijn pensioen heeft toegelegd op het vinden van videomateriaal op Youtube voor een aantal bevriende onderwijzers. Opvallend om te horen van een tv-vakman is dat beeldkwaliteit er niet meer toe doet! Ook hier komt weer het probleem ter sprake dat er vaak geen tijd en geld is om media te produceren of zelfs te zoeken. Natuurlijk is dat koren op mijn molen om te zorgen dat er binnen onze hogeschool een speciale dienst hiervoor komt. Van de andere kant denk ik dat docenten ook hier heel pragmatisch tegenaan moeten kijken en bijvoorbeeld studenten zelf naar geschikt materiaal laten zoeken en dit klassikaal laten evalueren. Ook hier is het resultaat misschien minder belangrijk dan de weg er naar toe.

Ook op deze conferentie viel me op dat veel digitale toepassingen die in het onderwijs worden gebruikt zoals bijvoorbeeld ook Blackboard (!) ontwikkeld zijn vanuit een academische visie die niet aansluit bij de belevingswereld van de eindgebruiker. Ik heb ook meerdere mensen horen zeggen dat studenten digitale leeromgevingen ouderwets en onpraktisch vinden. (Geen bewijsmateriaal overigens…) Scholen moeten meer gebruik maken van de middelen die studenten als vanzelf gebruiken in het dagelijks leven; denk hierbij aan de diverse sociale media tools.

Ik begon mijn verhaal over het belang van Mediawijsheid. Ik begrijp dat in Nederland een campagne is gestart voor het basis- en voortgezet onderwijs. Het is ook aardig om te zien hoe men het in Vlaanderen heeft opgepakt. Daar is Mediawijsheid inmiddels een verplicht vak en is er een leeromgeving beschikbaar voor het hele onderwijs inclusief de lerarenopleiding. Aardig daarbij is om te zien dat men mediataal in al zijn verschijningsvormen meeneemt: van kunst uit de hele geschiedenis tot gastronomie tot moderne beeldtaal . Mooie website: Platform rond mediawijsheid (flash player noodzakelijk)

Ik ging in de eerste plaats dus om veel eindproducten te zien en die waren kwalitatief erg verschillend. Bekijk de resultaten maar op de site van de MEDEA-awards. De grote winnaar was uiteindelijk de maker van het spel Monkey Tales. Mijn kinderen zijn er erg enthousiast over en leren en passant nog wat sneller rekenen ook. Om in de de game sfeer te blijven vond ik nog dat het spel om accounting te leren (University of Education Salzburg) er erg mooi uitzag.
Tenslotte viel me op dat veel projecten betaald zijn met geld uit Europa of privé sponsors. Willen we op de hogeschool op het gebied van media iets betekenen voor de studenten, docenten, onderzoek en lectoraten dan is het van belang dat het beleid van de school hierop wordt aangepast en dat er bijvoorbeeld ook meer expertise komt op het gebied van zoeken naar subsidies en het schrijven in de juiste taal van plannen om subsidie aan te vragen.

Helaas viel deze conferentie samen de KIB dit jaar en konden er niet meer mensen naar toe. Ik weet niet wanneer en waar de volgende Media and Learning conference wordt gehouden.
De volgende DIVERSE is in Leuven van 3 tot 6 juli en het programma ziet er veelbelovend uit.
En wie niet kan wachten kan in maart naar San Francisco.  Ik hou me hiervoor aanbevolen!!

Toegevoeging 17-1-2012: Public report about the 2011 conference

Nou Pieter, ik wil je wel vergezellen 🙂
Bedankt voor je inspirerend blog. Mediawijsheid, informatievaardigheden of 21 century skills (zie ook blog hierover van Marcel) zijn niet alleen belangrijk voor studenten, maar zeker ook voor docenten. Goed voorbeeld doet goed volgen. En nee, Marcel ik vind niet dat die kloof zo groot moet blijven. Ik denk dat ieder vanuit zijn verantwoordelijkheid daar een steentje aan bij kan/moet dragen. Studenten (leerlingen) kunnen docenten (leerkrachten) leren hoe bepaalde tools werken, maar andersom behoren docenten studenten te leren hoe bronnen beoordeeld moeten worden, hoe je omgaat met online identiteit, etc. Vooral door samen leren, samen ontdekken, samen experimenteren; samenwerken door te DOEN!
We hebben nog veel te doen op dit terrein, graag samen met jou, Pieter!

Judith