Site-archief
Media & Learning 2019 #mandl19 (Gastblog Pieter Dekkers)
Dag Marcel,
Onze inmiddels vaste gastblogger Pieter Dekkers is vorige week naar de conferentie Media & Learning 2019 geweest. Hieronder zijn indrukken van dit altijd inspirerend congres over video in het hoger onderwijs. En de omgeving (Leuven) doet de rest!
@Pieter … thx voor sharing š
Groet, Judith
OUR 2bejammed GUEST: Pieter Dekkers
Media and Learning conference 2019
āThe technology canāt drive the pedagogyā: die had ik lang niet meer gehoord! Maar op de Media & Learning conferentie van 2019 kwam hij opvallend vaak voorbij. Ik heb twee dagen in de prachtige antieke collegezaal (uit 1909) gezeten en 18 lezingen en 1 workshop gevolgd. Ik kan deze niet allemaal samenvatten maar dit zijn mijn belangrijkste observaties:
Artificial Intelligence
Er was dit jaar extra aandacht voor nieuwe technieken. Als het om onderwijs en nieuwe techniek gaat ben ik meestal vrij sceptisch. Hoe vaak heb ik niet naar euforische demonstraties gekeken van technieken die het onderwijs revolutionair zouden gaan veranderen? (CD-i, Second life, Google Glass, 4Kā¦) Vaak zijn dit soort technieken alleen toepasbaar in niches van het onderwijs en halen vaak niet een hele brede inzet. Ik heb dus met een kritische blik geluisterd naar de lezing van Donald Clark toen hij riep dat AI (Artificial Intelligence) alles gaat veranderen. Maar tijdens zijn opsomming van AI die wij allemaal al gebruiken werd me al heel snel duidelijk dat AI al lang niet meer is weg te denken uit ons dagelijks leven.
Ga eens na waarmee je vrijwel elk moment van de dag digitaal in aanraking komt: je smartphone, Facebook, Netflix, alles van Google, Aliexpress, Siri, Tesla, je stofzuigrobot de digitale thermostaat en ga zo maar door. Dit zijn slechts een paar voorbeelden van AI. Donald concludeerde dat we in het onderwijs eigenlijk vooral plagiaatdetectie gebruiken met onderliggende AI. Maar als je goed kijkt naar de eerdergenoemde voorbeelden dan hoeven we niet lang te wachten tot AI ook verder zal doordringen in het onderwijs. Ik som een paar dingen op: automatisch aantekeningen maken, redigeren, nakijken, vertalen, ondertitelen, personaliseren, analyseren, zoeken. Ik denk dat een van de eerste dingen die van pas kunnen komen de chatbots zijn. Bij een recent onderzoek op Georgia Tech konden studenten niet onderscheiden of de vragen die ze stelden beantwoord werden door een chatbot of een docent. Het āpratenā met een intelligente chatbot/digitale assistent vinden we steeds normaler en je kunt je voorstellen dat de conversaties een stukje verder kunnen gaan dan alleen praktische aanwijzingen geven. Een voorbeeld daarvan is een chatbot die kan helpen bij mentale problemen: Woebot. Kan een chatbot een docent vervangen? Voorlopig niet, maar er zijn wel een aantal zaken te verzinnen die het de docent en student een stuk makkelijker gaan maken.
360, VR, AR.
360 video, al dan niet in 3D of geanimeerd, nam een grote plek in op de conferentie. Ik heb e.e.a opgestoken over de technische complicaties bij het maken ervan maar de bijbehorende voorbeelden die ik heb gezien zijn interessant. Ook vanuit een pedagogisch standpunt is 360 in bepaalde gevallen een optie. De student onderdompelen in een situatie waarbij hij heel realistisch iets zelf kan ervaren is de meest voor de hand liggende maar ook het zelf ontdekken van een andere wereld of technologie en het ontstaan van communicatie onder de studenten hierover heeft toegevoegde waarde. Ik heb een mooie demonstratie gezien van de Universiteit Leiden waarbij studenten met een Hololens naar een 3D projectie van een long kunnen kijken en luisteren middels een virtuele stethoscoop. Het is mogelijk om een aantal verschillende ziektebeelden te simuleren. De studenten leren zo beter diagnosticeren. Bekijk hier de andere VR/AR projecten van Leiden University.
Dieter Struyf van het Thomas More University College presenteerde ook een studie naar gebruik van 360 video. Studenten moesten in VR een motorblok in elkaar zetten en de onderdelen benoemen. Er bleek niet veel verschil tussen de prestaties van de studenten die āplatteā 360 video gebruikten op een computerscherm versus degenen die een VR bril ophadden. De techniek was zeker ondersteunend bij het leren maar belangrijker nog was, ook hier, dat het onderliggende onderwijsontwerp en de gedachte waarom je de techniek precies wilt inzetten leidend moet zijn.
Digitale toegangkelijkheid
Discussies achter de schermen gingen veel over AVG en digitale toegankelijkheid voor studenten met een functiebeperking. Veel instituten breken hun hoofd over het ondertitelen van videoās, zeker nu de speech-to-text techniek nog heel veel te wensen overlaat. Een passende oplossing die betaalbaar is (voor ons taalgebied) lijkt er voorlopig nog niet te zijn. Professor Mike Wald houdt zich al jaren bezig met het bestuderen en maken van toepassingen voor studenten met een fysieke beperking. Een heel praktisch idee was om studenten in te zetten bij het vertalen van opgenomen colleges of het verbeteren van automatisch vertaalde colleges. Naast dat dit correcte ondertitels, verbeterde zoekmogelijkheden en digitale uittreksels oplevert zijn er ook didactische voordelen: de studenten zijn intensief met de stof bezig. Daarnaast kunnen ze daarmee badges, geld, credits of koffietikken verdienen. Op zich geen gek idee!
Bevestiging
Het bijwonen van de M&L in 2019 heeft voor mij een bevestigend effect gehad. Er komt steeds meer bewijs voor dingen die we al langer veronderstellen: we weten dat het opnemen van colleges en kennisclips toegevoegde waarde heeft. We weten dat studenten niet zomaar wegblijven als we colleges opnemen. We kunnen het succes ervan aantonen en er komen steeds meer technieken om zowel de videoās zelf, als ook de toepassingen eromheen beter maken. Maar het gaat erom hoe de student ervan leert: in de eerste plaats moet het college zelf inhoudelijk goed zijn en moet de docent in staat zijn het goed over te brengen. (Zoals Emily Nordmann dat zo mooi beschreef: āthe problem in not the capture, but the lectureā). Daarnaast moet je nadenken over welke activiteiten je rond die video ontwerpt om het leerproces in gang te zetten. Maar onder dat alles hoort in de eerste plaats een onderwijsvisie te liggen en een pedagogisch plan waarin deze media een doordachte plek hebben.
Veel universiteiten, zoals de KU Leuven, zetten ook volledig daarop in. Ze zijn ervan overtuigd dat ze de boot missen als ze niet de digitale transitie doorzetten. Het was mooi om dat te horen en te zien dat het kan.
#mandl19
https://www.media-and-learning.eu/
https://news.media-and-learning.eu/
https://twitter.com/MediaLearning
Bibliotheek Universiteit Maastricht vlogt!
Ha Marcel,
Al vaker hebben we binnen het ICTO-team gesproken over het idee van wekelijkse nieuwsuitzendingen rondom onderwijskundige thema’s. Het is er nooit van gekomen. Zo nu en dan hebben we een filmpje gemaakt, zo leuk maar het kost ook veel tijd. Via een bibliotheekcollega werd ik geattendeerd op de afspeellijst Library vlog van Maastricht University Library.
In november 2018 hebben zij hun eerste vlog over Wooclap (een leuke tool voor meer interactie in de klas, vergelijk het met Mentimeter, E-voting in Moodle of Shakespeak) gepubliceerd. Het tweede vlog ging over informatievaardigheden. Je ziet, het is een combi van thema’s die ik interessant vind (bibliotheekwereld en icto š ).
Vorige week kwam aflevering 3 online, over AI! Als je het filmpje bekijkt, zie je ook jouw Brightlands Smart Services Campus, misschien herken je wel collega’s van de UM.
Ik vind het een mooi initiatief. Misschien dat het toch ook bij Zuyd (in combi met bibliotheek, video@zuyd en expertisecluster technologie-ondersteund leren) eens gaat lukken? Zal ik eens ….?
Groet,
Judith
Media & Educatie. Gastblog Pieter Dekkers
Hi Marcel.
Pieter Dekkers en Bart Driessen, onze AV-collega’s, zijn donderdag 6 oktober naar een bijeenkomst van SURF SIG Media & Education geweest.Ā Omdat ik via Twitter al had begrepen dat het een interessante bijeenkomst was, vroeg ik Pieter of hij zijn ervaringen met ons wilde delen.Ā Hieronder volgt zijn blog. Wederom bedankt Pieter!
OUR 2bejammed GUEST:Ā Pieter Dekkers
Deze SIG bijeenkomsten zijn voor Bart en mijĀ zeer waardevol vanwege deĀ kennis en ervaring die wordt uitgewisseld met collegaās (ondersteuners en docenten) van andere hogescholen en universiteiten.Ā DonderdagĀ stonden er een aantal trainingssessies op het programma rond kennisclips en weblectures. De plenaire sessie werd verzorgd door Mariet Vriens, van Limel (Leuvens Instituut voor Media en Leren) van de KU Leuven.
Het thema was ‘leren met video ondersteunen’.
Net zoals bij veel mensen die ik gesproken heb, neemt ook in Leuven de vraag naar video enorm toe. Voor kleine productieteams isĀ dit lastig te behappen en daarom investeren veel scholen in het trainen en professionaliseren van docenten. InmiddelsĀ wordtĀ het inzetten van video zowel door docenten als directie als meerwaarde voor het onderwijs gezien.
De instructie van Mariet ging vooral in op het maken van kennisclips. Daarbij was het goed om te zien dat onze instructies niet veel afwijken van de aanpak in Leuven.
In Leuven worden ook MOOCS ontwikkeld en ook in de presentatie van Annemarie Zijlmans en Han Smolenaars van de WUR (Wageningen) werd duidelijk dat dat om een hele andere aanpak vraagt: Wanneer video een uithangbord vormt voor je instituut dan moet deze van zeer hoge kwaliteit zijn. Er wordt dan weinig aan het toeval overgelaten. Er wordt een script gemaakt waarbij alle teksten worden uitgeschreven en geoefend. Tijdens de opnames worden deze exact zo uitgesproken door ze af te lezen van de teleprompter.
Maar of het nu gaat om MOOCS of video voor het reguliere onderwijs, het trainen van docenten in het hele traject, van concept tot clip, is van groot belang om de embedding van video in het onderwijs tot een succes te maken.
Het viel me op dat er toch veel verschil zit in de professionalisering van docenten. Waar op sommige instellingen docenten gemonitord worden op leskwaliteiten gaanĀ op andere plaatsen docenten zonder enige vorm van kwaliteitsbewaking aan de slag. Daarover discussiĆ«rend met collegaās vroeg ik me af hoe je dit nu kunt bevorderen. EĆ©n manier is alsĀ docenten elkaars werk kunnen zien. Via onze nieuwe videoportal Mediasite is dat nu mogelijk. Ik hoop dat daardoor op open en constructieve wijze de discussie oplaait over kwaliteit en dat docenten elkaar ook daarop durven aan te spreken. Van de andere kant mag er, denk ik, ook wat meer verantwoordelijkheid gevraagd worden door de faculteitsdirecteuren. Wanneer het immersĀ nog in beleid is vastgelegd dan komt er ook meer mogelijkheid om kwaliteit in te bedden in ons onderwijs door middel van goede standaarden en daarop ingerichte ondersteuning. Zeker met de stap naar Zuyd Professional zullen we daar wat mij betreft duidelijke randvoorwaarden moeten stellen.
InmiddelsĀ zijn de eerste stappen bij Zuyd gezet. We hebben een mooi project (video@zuyd) waarin we deze vorm van onderwijs faciliteren. Een groot aantal docenten zijn begonnen met het maken van kennisclips en het opnemen van hoorcolleges. Ook in Leuven bevestigt men dat het opnemen van hoorcolleges vaak de eerste stap van docenten isĀ om over te gaan op kennisclips. De WUR bevestigt dat als men vertrouwd is met eenvoudige vormen van kennisclips met al snel opschuift naar wat complexere varianten.
Andere boodschappen die ik heb meegenomen: van de verschillende soorten video worden de ‘talking heads’ bij de MOOCS het beste bekeken. Een docent met een goed verhaal, al dan niet ondersteund door een presentatie, heeft toch impact. De clips moeten wel kort zijn: ca 6 minuten. De begeleidende Powerpoint moet zeer minimaal zijn en enkel highlights uit het gesproken woord ondersteunen. Het visuele mag nooit afleiden van het gesprokene maar alleen ondersteunen. Daarbij moet aangetekend worden dat bij MOOCS het onderwijs compleet op afstand gebeurd. Er is in principe geen persoonlijk contact met de docent dus deze vorm heeft ook als functie het personaliseren van de docent.
De SIG Media & Education presenteerde een nieuwe publicatie over het maken van videoproducties.
Naast een workshop ‘teleprompter‘ was er ook nog een demonstratie van Scalable LearningĀ door Marjolein Haagsman van de Universiteit Utrecht. Scalable Learning is een online platform waarin kennisclips kunnen worden verrijkt en geĆÆntegreerd in een interactieveĀ omgeving.Ā HetĀ is een toepassingĀ om het flipped classroom te versterken. Het verbindtĀ hetgeen de student thuis doet met wat in de klas gebeurt. Op ditĀ online platform Ā kunnen Ā YouTube filmpjes worden gedeeld, verrijkt en interactief gemaakt.Ā Het kijkgedrag van studenten kan worden geanalyseerd.Ā De kracht ligt in de interactie tussen docent en student doordat er notities gemaakt kunnen worden en men elkaar vragen kan stellen. De ‘I’m confused’-knop is een leuke feature waarmee een student kan aangeven dat hij een passage uit de video niet begrijpt. In een oogopslag kan de docent zien waar studenten over struikelen.Ā Daarbij kan de docent eenvoudig deze momenten, vragen en opmerkingen aanvinken en via een druk op de knop wordt deze informatie omgezet in slides die vervolgens in de klas kunnen worden behandeld.
Helaas werkt het alleen maar metĀ YouTube video’s. Het zou heel mooi zijn als we onze Mediasite video’s met dit systeem konden verrijken.
Het platform is gratis te gebruiken. Lees hier meer over deze interactieve video toepassing vanĀ Marjolein Haagsman. Of bekijk onderstaande video’s:
Bart was there too @BETT_show
Hi Marcel,
Gisteren vertelde Pieter Dekkers over zijn bezoek aan de Bett Show in London. Hij was daar met zijn collega Bart Driessen. Bart kwam helemaal hoteldebotel terug heb ik gehoord š . Wij snappen dat wel hĆØ? Zo’n groot buitenlands congres is indrukwekkend geweldig leuk. Het woord is aan Bart!
OUR 2bejammed GUEST:Ā Bart Driessen
Voor mij was het de eerste keer Bett-show. Geweldig, inspirerend, groots en veel; zijn woorden die opkomen als ik snel iemand moet uitleggen hoe ik het ervaren heb.
Na eerder onderwijsbeurzen (āja gaat het nu alleen maar over onderwijsā) en av-techniekbeurzen (Ć©n hoe moet ik dat toepassen in het onderwijsā) gezien en beleefd te hebben, paste deze beurs veel beter bij āmijn baan op Zuydā. Van software tools om het onderwijs anders te organiseren tot interactieve borden en alles wat daartussen zit.
In de 2 dagen dat ik nu alweer hier ben heb ik al 2 of 3 toepassingen aangehaald die ik daar gezien heb.Ā Bijvoorbeeld tools om lesonderdelen samen te voegen en onder 1 link samen te brengen. Powerpoint, Youtube-filmpje, Word-documenten, alles in 1 pakketje samen. Makkelijk bij hetĀ presenteren, makkelijk om te delen. Je kon er ook nog quizzen aan toevoegen en analyseren hoe er naar gekeken is.
Video-communicatie tussen scholen in Roemeniƫ en de Verenigde Staten.
Samen aan een opdracht werken (in dit geval een multimedia product) en de studenten zelf hun weg laten zoeken in de tools die hun daarin kunnen helpen. Ik moest meteen aan een Ergotherapie denken die ook met een dergelijk project bezig is. Fijn om te zie dat anderen hier ook mee bezig zijn.
Interactieve borden/schermen in allerlei variaties.
Veel van hetzelfde, maar allemaal toch een eigen touch: bijvoorbeeld 7 jaar garantie (C-touch) en een rijke bundel tools (SMART). Van SMART de interactieve flip-over zeker ook wel een verassend āhebbedingetjeā.
To beacon or not to beacon:
Een erg inspirerende spreker over hoe je met elektronische bakens en zelf in te richten appjes (Locly) je onderwijs kunt verrijken. Misschien iets om de school op een open dag interactief te doorlopen, automatisch als een betreffende docent in de buurt is krijg je een melding. Misschien niet meteen mijn ding, als AV-er, maar ik zie wel leuke toepassingen om je als moderne school op de kaart te zetten. M&C, jullie mogen me bellen!
Aandacht voor hoe je je als student moet presenteren op het internet zou een onderdeel van de lessen moeten worden. Een vormgever kan zich een heel mooi website bouwen, maar hoe doet een timmerman in spe dit? Voor hem zijn de digitale wegen een jungle. Youtube, Facebook, hoe verkoop je je daar? Omdat dit zo belangrijk wordt zou het gewoon onderdeel van je lessen moeten zijn.
De Nederlandse ambassade āverkochtā het Nederlandse onderwijs aan de hand van een aantal leuke starters projectjes.
- LessonUp
Software om lesmateriaal te verzamelen en onder 1 link terug te zetten. PowerPoint, Youtube, e.d. Ook nog āquizzenā tussen in te bouwen. - Proctorexam
Voor veilige online examens. - Traintool
Een tool om als student of docent je presentatievaardigheden mee te analyseren en te laten evalueren.
Heel veel gezien, heel veel ervaren, veel inspiratie opgedaan. Ik hoop dat ik nog veel van dit soort symposia/beurzen mag meemaken.
Nog enkele links van interessante producten:
- Leer-platforms en soortgelijke software:Ā CanvasĀ of Claster (grieks produkt)
- App voor taalonderwijs: HelloTalk
- Stop slomotion animatie filmpjes maken (meer voor doelgroep basisschool) Zu3D.
- Een 3D programma, op basis van chroma-key waarmee je als leraar in een geanimeerde omgeving komt te staan en kunt lesmateriaal kunt presenteren: Brainstorm.
- Een video-communicatie tool: ClickMeeting.
Hardware/apparatuur:
- Elmo visualiser en interactieve klas-inrichtingen
- Vertical Miles, mini beamers (portable voor kleine presentaties)
- Datavideo, cameraās, meercamera regie-sets, croma-key oplossingen
- Bird, een vingerklem/tool waarmee je van ieder beamerscherm een interactief bord kan maken.
Klik hier voor meer highlights van Bett-show 2016.
Ja dit soort congressen zijn geweldig om ideeƫn op te doen. Super bedankt Bart en Pieter dat jullie deze ervaringen met ons, de Zuyd-community en daarbuiten, delen. Ik kende wel enkele toepassingen maar zeker niet allemaal. We zien en horen er vast nog wel het ƩƩn en ander van de komende tijd!
Groet,
Judith
Pieter was there @Bett_show
Hi Marcel,
Had je het meegekregen dat onze collega’s van de AV dienst en het project Video@Zuyd Pieter Dekkers en Bart Driessen vorige week samen naar de Bett Show in London waren. Ze wilden graag hun ervaringen delen via ons blog. Het woord isĀ eerst aan Pieter.
OUR 2bejammed GUEST:Ā Pieter DekkersĀ
Drie jaar geleden bezocht ik voor het eerst de Bett in Londen. De Bett (British Educational Training and Technology) Show bestaat al 30 jaar en is een van de grootste EdTech conferenties. Naast een enorme beursvloer zijn er ook lezingen, trainingssessies en discussiefora. Vorig jaar waren er meer dan 35.000 bezoekers.
De Bett was dit jaar anders dan de vorige en dat kwam door het ontbreken van duidelijke trends. Drie jaar geleden stond de hele hal nog vol met touch screens en gingen de sessies overwegend over MOOCs en blended learning; dit jaar ontbrak ogenschijnlijk de grote lijn. Toch vond ik, na twee dagen rondlopen samen met collega Bart Driessen, dat er een aantal zaken opvielen.
Ik had het gevoel dat er qua techniek een soort verzadiging is opgetreden. Vrijwel alles is technisch mogelijk waardoor de onderliggende vraag: ‘wat doe je met die techniek‘ belangrijker wordt. Dat viel eigenlijk al op door de geweldig grote stands van alle uitgevers. Er is een enorm aanbod in de vorm van pasklare lesprogrammaās, daarnaast zijn de grote software huizen prominent aanwezig: Microsoft en Google presenteren vooral samenwerkingstools en gadgets zoals cardboard en Microsoft wil ons doen geloven dat Minecraft een onderwijsprogramma is. Het praatje is niet overtuigend maar Minecraft is niet de enige. We bespeuren hier toch een trend en dat is: spelenderwijs leren. We zien o.a. Lego, Fisherprice, Knexx en tal van programmeerbaar speelgoed,3D printers en robots.
In mijn eerste sessie van 16 jarige Amy o TooleĀ wordt het me duidelijk in rap Engels ingepeperd: door leerlingen uit te dagen om creatief te zijn en de lessen speelser te maken wordt het leren uitdagender. Hier hoor ik voor de eerst op deze Bett het buzz-word ‘gepersonaliseerd leren’.
Salman Khan (Oprichter Khan Academy) gaat hier, middels een videoboodschap, op door: onze studenten moeten met de vaart van ons onderwijs mee terwijl veel studenten dat niet kunnen. Ze hebben vaak een eigen tempo en leerstijl. We mogen geen genoegen nemen met studenten die maar 80% van de stof kennen. De techniek stelt ons in staat om ze de lesstof voor 100% te laten beheersen maar we moeten ze goed weten te motiveren. Maar hoe leren studenten dan het beste?
Hierop proberen David Levin en Rose Luckin antwoord te geven.Ā De stelling is dat punten niet representatief zijn voor het studiesucces: de metacognitieve vaardigheden doen dit wel. Ook hier kan de techniek ons helpen: learning analytics kunnen helpen met analyseren en bijsturen van deze vaardigheden. Door het toepassen van ādeliberate practiceā waarbij de techniek de progressie volgt en bijstuurt d.m.v. feedback loops is gepersonaliseerd leren mogelijk. De docent is en blijft hierbij van groot belang: hij moet de stof verduidelijken en de student motiveren. De techniek kan die rol van de docent nooit vervangen.
Maar hoe moet die docent dan met al die techniek omgaan? In een discussie hierover zijn de sprekers het unaniem eens: scholing van docenten is zeer belangrijk. Nog altijd blijven de ICT vaardigheden van docenten hopeloos achter. Ook ik zie in de praktijk dat de meest basale vaardigheden bij veel docenten ontbreken. (De laptop aansluiten op de beamer, een powerpoint maken, een stukje tekst van de ene naar de andere applicatie kopiƫren, een link in Blackboard plaatsen etc. etc.) Bij sollicitaties zou er getest moeten worden op deze vaardigheden en daarnaast moeten docenten intensief getraind worden op dit gebied. Veel universiteiten hebben het reeds ingebouwd in hun docentenopleiding.Een andere universiteit hield wekelijkse (!) trainingssessies. Daarnaast mag de facilitaire ondersteuning natuurlijk niet ontbreken.
Ook in deze sessie was men het er over eens: Blended Learning geeft mogelijkheid om te differentiƫren en ook om gepersonaliseerd te leren. Over het implementeren van Blended Learning was het advies om klein te beginnen en heel veel te testen. Begin bijvoorbeeld met een deficiƫntie programma (b.v. wiskunde of schrijven) in ƩƩn of twee klassen. Verzamel elke dag (!) feedback van de docenten: werkt de groepsgrootte? Welke techniek heb je gebruikt? Welke software? Stuur meteen bij op basis van deze feedback.
In een andere sessie over dit onderwerp werden nog een aantal tips gegeven:
- Bedenk goede activiteiten voor de lessen bij Blended Learning. Deze activiteiten vinden voor, tijdens en na het kijken van een video plaats. De studenten wilden meer contacttijd en dus worden hoorcolleges voor een deel hierdoor vervangen. De activiteiten worden in teamverband bedacht. (Hierbij kunnen natuurlijk ook studenten worden betrokken).
- Wie produceert alle lesmaterialen? Veel docenten gebruiken open resources zoals Lynda of TED.
- Ook wordt veel social media gebruikt: vragen worden via b.v. Twitter aan de studenten gestuurd. De studenten maken er verhalen van die worden besproken in de lessen. Docenten krijgen tijd toegewezen om materialen te creƫren.
- De universiteit van Greenwich heeft een COP opgericht over Flipping the Classroom. Er is ook een onderwijstechnoloog die materialen maakt.Ā Ze gebruiken het videoplatform Panopto om het kijk- en leergedrag te tracken.
- Bouw het level van zelfvertrouwen van docenten op om dingen te maken! Begin simpel b.v. met een powerpointĀ met audio.
- Kijk niet alleen naar de cijfers/punten over je onderwerp. Het gaat om veel meer: studenten leren beter samenwerken, leren digitale techniek en zijn meer betrokken. Er zijn soft skills aan Blended Learning die ze voorbereiden op het bedrijfsleven etc.
- Online feedback wordt door de studenten hoog gewaardeerd en is deel van het succes.
- Glasgow Caledonian University betrekt nadrukkelijk de Student Association bij het proces van Blended Learning.
Naast een aantal workshops en korte lezingen volgde ik met interesse een debat met landgenoot Maurice de Hond (Steve Jobs Scholen), edublogger Audrey Watters en schrijver Will Richardson. De hoofdvraag was of technologie ons onderwijs werkelijk gebracht heeft wat het beloofd.
Will zegt nee: De kinderen leren buiten school meer met techniek dan op school zonder techniek. Maar technologie helpt het onderwijs wel.
Audrey is kritisch: Hoe lang hebben we al techniek die het onderwijs zou gaan veranderen? En wat is er veranderd? (In mijn workshop deel ik hierover ook de visie van Derek Muller).
Maurice zegt dat ons onderwijs hopeloos verouderd is en dat we studenten dingen aanleren die ze al lang niet meer nodig hebben. Ons onderwijs is niet voorbereid op de beroepen en benodigde vaardigheden van vandaag.Ā Maurice dacht eerst dat techniek er was om het systeem te veranderen. Maar bij zijn iPadscholen is de techniek niet het uitgangspunt. Het persoonlijke leerplan vormt de basis van de studie en de ouders, de leraren en de techniek helpen om dit plan tot een succes te maken.Ā Gepersonaliseerd leren: daar is het woord weer! Maurice maakt nog een nuanceverschil tussen gepersonaliseerd leren en persoonlijk leren.
In de cijferoorlog hoorde ik iemand nog roepen dat 70% van de ondervraagde studenten wereldwijd vertelden dat ze alles konden leren wat ze maar willen: buiten de school!!Ā Waar of niet waar, gepersonaliseerd of persoonlijk: Ik denk dat er een trend is om studenten beter te helpen bij hun persoonlijke leerplan en bij hun persoonlijke leerdoelen. We mogen daarbij de soft skills die ze nodig hebben om verder te komen in deze maatschappij en de metacognitieve vaardigheden niet uit het oog verliezen. De techniek kan ons helpen bij het analyseren van de resultaten en personaliseren van het traject maar de docent blijft een essentieel onderdeel in dit proces. Hij moet daarbij wel training en ondersteuning krijgen.
Gezien en interessant gevonden:
Microbit
Heel interessant en ambitieus programma door de BBC en Britse overheid om kinderen (o.a) te leren programmeren.Ā Arduino, raspberri-Pi en bedrijven als Microsoft maken toegepaste programmaās.Ā Bijzonder leuk gadget die Microbit: kids maken in een mum van tijd zelf een fitband, doelpunt technologie, een rock-paper-scissors-app of een appje die een foto maakt als er iemand stiekem je kamer binnen loopt. En gecombineerd kan je weer andere leuke dingen bouwen.- Blendspace
Een omgeving om snel verschillend digitaal lesmateriaal bij elkaar te brengen. - Smart Kapp
Digitale flip-over van Smart. - Bird
Blue-tooth pointer waarmee docent en student kunnen interacteren met geprojecteerde content. - Klaxoon
Wifi-Doosje waarmee je kunt presenteren, quizzen, brainstormen en communiceren zonder afhankelijk te zijn van internet. - The learning wheel (Twitter @LearningWheel)
Docente Deb Millar ontwikkelde een idee om via Twitter en Google drive de community te gebruiken om een soort visuele vraagbaak te maken voor verschillende onderwijstechnologieƫn. Leuk om aan deel te nemen en ook een goed idee om over te nemen. - Padcaster
Een systeem om je iPad om te toveren in een volwaardige opnamecamera met geluid en teleprompter. - Plotagon
Animatie software waarmee je snel een verhaal / storyboards kunt maken. (Mijn zoon maakt samen met een vriend ook al vaker onnavolgbare Plots). - Onderwijsrobots: Blue OceanĀ en Microbot
- lynda.com
Even bijgepraat met de mensen van lynda.com. Bij CMD wordt dit inmiddels ingezet in het onderwijs. Nu Lynda is ingelijfd door LinkedIn was ik benieuwd hoe de toekomst er uit ziet. Ten eerste wat wil LinkedIn met onze data? Kennelijk hebben machtige Lynda gebruikers zoals Bank of Amerika al aangekondigd een verklaring te willen dat er niets met de data mag gebeuren. Daarnaast is LinkedIn eerder geĆÆnteresseerd in het gebruik van Lynda voor certificering, training en bijscholing van gebruikers. Het voordeel van de expansie is dat er een betere ondersteuning komt in Nederland (Linkedin heeft al een kantoor in Amsterdam). Daarnaast werd me er nog eens op gewezen dat het cursusaanbod flink is uitgebreid met veel interessant materiaal voor docenten.
Tenslotte viel ons nog op dat de Nederlandse ambassade een behoorlijk groot paviljoen had ingericht waar vooral Nederlandse start-ups zich konden presenteren. (Grote jongens zoals Prowise hadden een eigen stand). Daar spraken we ook nog met de mensen van FeedbackFruits en bekeken we een app waarmee docenten hun presentatievaardigheden kunnen trainen.
Maar twee zien veel meer dan ƩƩn en dus hebben we deels apart de sessies bekeken en de beurs afgestruind.
Wat een inspiratie en een veelheid aan informatie. Morgen mag Bart verder gaan. Dank voor nu Pieter.
Judith