Site-archief
Learning Analytics helpen docenten in onderwijsproces
Hoi Marcel,
In het decembernummer van OnderwijsInnovatie staat het artikel Learning analytics helpen docenten in het onderwijsproces van Anouschka van Leeuwen en Rianne Poot. Het artikel beschrijft een onderzoek bij een bachelorcursus binnen de opleiding Onderwijskunde aan de Universiteit Utrecht. Deze cursus is vormgegeven volgens het Flipped Classroom-model. De interactie tussen docenten en studenten vindt voornamelijk plaats tijdens de werkgroepen. In dit onderzoek hebben ze docenten learning analytics aangeboden om hen te ondersteunen bij het monitoren van studenten.
Op het moment dat docenten en studenten elkaar ontmoeten tijdens de werkgroepen is er al een diversiteit onder de studenten wat betreft voorbereiding en ondernomen activiteiten. Het doel van de learning analytics was om docenten te voorzien van informatie over deze activiteiten zodat zij geïnformeerd naar de werkgroepen gaan.
Data over het kijken van kennisclips en het inleveren van toetsvragen werden automatisch gegenereerd. Deze data geven echter geen compleet beeld van het leerproces van de individuele student en het samenwerkingsproces. Daarom werd nog dmv korte anonieme vragenlijsten wekelijks extra informatie verzameld om meer affectieve data en data die betrekking hadden op het groepsproces te verkrijgen. Deze vragen gingen over:
- aantal leesuren
- onderwerpen waarover studenten het meest hadden gelezen
- tevredenheid over communicatie binnen de groep
- tevredenheid over participatie binnen de groep
- inschatting van betrouwbaarheid van groepsleden
- mate van overeenstemming binnen de groep
- vertaling kunnen maken van model naar groepsopdracht
- voortgang van groepsopdracht
Studenten konden ook opmerkingen over individuele of groepsvoortgang toevoegen.
De docent kreeg wekelijks per werkgroep een rapportage. Hierin stonden geen gegevens van individuele studenten zodat privacy was gewaarborgd. Docenten hielden een logboek bij en aan het eind van de cursus zijn zij bevraagd over de zinvolheid van deze rapportages en wat zij met de informatie hebben gedaan.
Docenten gaven aan dat zij (monitoren)
- een goed overzicht hadden van de activiteiten van de studenten
- gemiddelden tussen werkgroepen konden vergelijken
- inzicht hadden in voortgang in samenwerking
- een objectiever en vollediger beeld hadden van studenten
Op basis van de rapporten werd ook daadwerkelijk gehandeld (interventie):
- complimenteren
- confronteren, met beeld van de rapportages
- aanpassen, meer uitleggen indien nodig.
De pilot was succesvol te noemen en het onderzoek wordt voorgezet. Een drietal tips van de onderzoekers
- ontwikkel een mix van cognitieve en affectieve maten die aansluit bij de behoefte van docenten (zie ook bericht The global search for education: would small data mean big change?)
- reserveer voldoende tijd voor het opzetten van learning analytics
- maak vaste afspraken in het team om de uitkomsten van het learning analytics-rapport te bespreken.
Groet,
Judith
Ik flip. Jij flipt. Wij zijn geflipt.
Hallo Marcel,
Deze week het artikel in Trouw gelezen over de moderne docent die zijn lesmateriaal gewoon zelf fixt? Het gaat in dit geval om zelf filmpjes maken en je les te flippen (kennisoverdracht vindt plaats via video die studenten thuis bekijken als voorbereiding zodat in de klas samen actief kan worden geleerd). Ik ben een groot fan van die You Tube docenten die prachtige instructievideo’s maken en deze dan ook online delen. En zoals docent Arnoud Kuijpers in het artikel wordt geciteerd “delen maakt het onderwijs leuker en beter” ben ik het helemaal mee eens 🙂
Echter, zowel het maken van (flipped) video’s en deze vervolgens online open delen is binnen onderwijsland, in ieder geval niet bij onze onderwijsinstelling, gemeengoed. Er is zeker veel belangstelling bij onze docenten om zelf video’s te maken, gezien de grote belangstelling voor Pieter’s workshop ‘Weblectures en video in een flipped classroom’. Het maken van goed video instructiemateriaal kost tijd, dat hebben we tijdens ons MOOCZI-project ook ervaren. Volgens Kuijpers kost één minuut film ongeveer anderhalf uur fröbelen, en dan is hij een expert. Er zijn weinig docenten die deze tijd kunnen en willen investeren. En uit onze enquête onder studenten is gebleken dat studenten vooral professionele kennisclips waarderen:
Een nadeel dat ik wel heb ervaren is dat video’s vaak onduidelijk zijn, deze worden zelf gemaakt door docenten. Nadelen zoals bijvoorbeeld: langdradigheid, eentonigheid, lastige en onduidelijke voorbeelden. Niet iedereen is in staat om dit materiaal duidelijk te creëren.
Tsja, door je klas te flippen ben je nog geen moderne docent. En als alles geflipt wordt, staat onze onderwijswereld ook op z’n kop. In mijn ogen hoeft een moderne niet zelf al zijn lesmateriaal te maken, en dat lesmateriaal hoeft echt niet alleen maar video te zijn. (Interactieve) boeken hebben ook hun waarde 🙂 . Frans Droog publiceerde onlangs op zijn blog 6 mythes over flipping the classroom. Flipping gebeurt volgens hem nog veel te vaak vanuit een technologische visie. We moeten ons realiseren dat het om een pedagogisch middel gaat om actief leren in de klas te vergroten om op zo’n manier inzicht en kritisch denken te bevorderen. Het gaat om het leren van de student die centraal moet komen te staan, niet de kennisoverdracht van de docent.
Wat is een moderne docent? Volgens mij is dat een motiverende betrokken docent die weet hoe hij ict (en niet alleen video) ook didactisch kan inzetten. We leven en leren in een samenleving waarin de verandering centraal staat en zekerheden er niet meer zijn. De open cultuur en de snelheid waarmee deze (technologische) veranderingen plaatsvinden, vraagt om een nieuwe toolset, mindset en skillset. Ik kom dan toch weer uit bij mijn stokpaardje: ‘social learning‘. Marcel de Leeuwe en Wilfred Rubens omschrijven in hun recente publicatie Social learning en leren met sociale media dit als
samenwerkend leren met behulp van sociale media, waarbij de lerende veel controle heeft over wat, hoe, waar en waarmee er geleerd wordt
Participatie in onze samenleving met haar ict en sociale media vraagt om in een bepaalde mate van openheid om relaties op te bouwen, om vrijelijke kennis en ervaringen te delen, om een proactieve houding en het benutten van je netwerk. Dat is wat wij onze studenten zouden moeten leren en meegeven. Dan moeten wij (docenten) dit ook voor-leren, vind ik. Of ben ik ‘social learning‘-blind aan het worden?
Groet,
Judith
Flipping the classroom #eenvandaag
Ha M,
Een vandaag zojuist gezien? Jelmer Evers en Paul Kirschner waren in beeld ivm een item over flipped classroom.
Via de website van Een Vandaag:
Docenten worden ineens sterren voor de klas, sommigen zelfs met landelijke bekendheid. Ze doen aan ‘flipping the classroom’: het online zetten van lesmateriaal. Ze vervangen er een deel van het huiswerk mee en leerlingen maken daar dankbaar gebruik van. Flippen betekent letterlijk omdraaien: van klassikaal werk naar huiswerk. Sommigen maken ware kunststukjes van hun YouTube-presentaties en krijgen duizenden hits.
Scheikundeleraar Kooij trok met zijn YouTube-filpjes een miljoenenpubliek en wordt inmiddels de DJ Tiësto van de scheikunde genoemd. Een andere pionier, geschiedenisleraar Jelmer Evers geeft zijn collega-docenten nu cursus in het maken van online producties.Het is volgens deskundige de manier om verlost te raken van het ietwat stoffige imago dat aan een docent kleeft. EenVandaag spreekt met docenten, leerlingen en professor Kirschner, die net een boek schreef over hypes in het onderwijs.
Gemist? Hier is het linkje.
Het was gelukkig een genuanceerde boodschap. Flippen is leuk, maar je moet goed nadenken wanneer en hoe je deze werkvorm didactisch inzet.Voor ons MOOCZI-project zijn inmiddels ook veel filmpjes gemaakt, veelal door Pieter, de Instructional Media Designer. Maar ook door docenten zelf met Screencast-software.
Meer weten over Flipping the Classroom, zie de themapagina van Kennisnet.
@J